Pagina's

Rubrieken

Archief

Diversen

Reis naar Finland

Door Jan: 25/03/09

 

Op de fiets naar Finland. De aanloop om de Finse Golf over te springen was een lange: 3500 km door Duitsland, Polen, de drie Baltische staten met een uitstapje langs route R1 naar Narva aan de Ests-Russische grens. Een Supercat Ferry vloog in stormachtig weer van Tallinn naar Helsinki, waar ik als enige fietser tussen de dampende auto’s aanschoof voor de pascontrole.

 

Terwijl de regen op me neer striemde, had ik behoefte aan een troostende gedachte: ‘Alles is veel voor wie niet veel verwacht’ (uit het gedicht De Dapperstraat van J.C.Bloem). Wie enthousiast is over de vergezichten in Nevada, de lieflijkheid van de Dordogne of de grootsheid van de Noorse fjorden, doet er in Finland goed aan Bloems gedicht voor ogen te houden. De schoonheid van Suomi is niet spectaculair, ze komt niet uit zichzelf naar je toe. Voor de toenadering moet de reiziger zelf zorgen, zoals Mohammed naar de berg moet. Dan blijken er plekjes en plaatsen van intieme schoonheid te zijn, die vooral op zonnige avonden, in het urenlange strijklicht, je in gedachten doen verzinken.

 

Bij de VVV informeerde ik naar een hotel. De wereldkampioenschappen atletiek zaten me dwars. Alleen buiten Helsinki was nog een slaapplaats te vinden. Zo kwam ik na 20 km regen in een hotel in de voorstad Vantaa. Slaapstad” (nukkumalähiö) zeggen de Finnen wel eens. De kranten bij de receptie gebruikten in hun weerberichten voor de komende dagen vaak het woord sadekuuroja (buien), maar de volgende dag was een zonnig intermezzo. De agglomeratie Helsinki is voorzien van een uitgebreid net van goed geasfalteerde en bewegwijzerde fietspaden die bij belangrijke kruispunten met tunnels onder de wegen doorgaan. De kaart evan wordt gratis geleverd door de VVV. De Finse hoofdstad “deed” ik in één dag. Niet uit lichtzinnigheid; ik was er vaker geweest.

 

Stervormig

Met een beetje fantasie is Helsinki (‘H:ki’ in het kort) stervormig; de uitsteeksels zijn telkens omgeven door water, wat de fietser fraaie uitzichten verschaft. Katajanokka, Kaivopuisto, Ruoholahti. Maar je kunt ook eilanden voor de stad bezoeken en een dagje fietsen op het vestingeiland Suomenlinna. Mijn reisdloel lag in Midden-Finland. Ik wilde naar een dorp met de wat lachwekkende naam Piippola (piippo is een grasachtig plantje) waar de Finse schrijver Pentti Haanpää had gewoond. De bibliotheek daar eert hem met een permanente tentoonstelling die ik wilde zien. Haanpää (1905-1955) was een eigenzinnige schrijver die de Finse heilige huisjes (kerk, leger) niet schuwde en het met de overheid van de jonge republiek (onafhankelijk sinds 1917) in de jaren ’30 aan de stok kreeg.

De weg naar Piipploa is ruim 600 km en ik koos gewoon de kortste: Järvenpää (huis van Sibelius), Riihimäki (spoorwegknooppunt), Hämeenlinna (waar Sibelius het lyceum bezocht). De helft van de Finnen woont in het zuiden, maar voor je Tampere voorbij bent, is het verkeer al zoveel verminderd, dat je fietspaden niet mist en al kunt gaan luisteren naar die eeuwig zingende bossen. Op weg van Ruovesi (huis van de schilder Akseli Gallen-Kallela) naar Virrat was het zo fris dat ik daar een windjack kocht. Ik koos voor een rode en zo fietste ik als een verlate aardbei  verder naar het noorden langs Ähtäri, Viitasaari en Kärsämäki. Toen ik na mijn overnachting in Viitasaari een kwartier onderweg was, stopte er een auto voor me.

Are you Mr. Postema?

Een vage ramp flitste door mijn hoofd.

Yes, I am…

De man achter het stuur stak me mijn creditcard toe die ik bij de hotelreceptie had laten liggen. De Finnen kunnen bij mij niet meer stuk!

 

 

Muggen

Van de fauna is de mug even beroemd als berucht. Wie naar de middernachtzon wil om een rendier te aaien, moet lijden en zich met anti-muggenmiddelen (bij drogist en pompstation te krijgen) wapenen. Die muggen zijn nogal direct. Geen gejengel om je hoofd, maar recht op hun doel af. Tegenover hun terreur staat wel, dat je vaak van je fiets af kunt stappen om met heerlijke bosbessen je tong blauw te eten. In de loop van augustus verdwijnen de muggen, terwijl de avonden nog lang genoeg duren om een Scandinavisch gevoel te ervaren. De zomerse warmte is dan wel zo’n beetje voorbij en sommige campings zijn al gesloten. Ik sprak vorige zomer een Amerikaans stel dat in Kittilä werd verrast door wit berijpte velden. Statistisch geen toeval; deze plaats heeft het Finse kouderecord: -51,5° C (28-1-1999).

Van Kärsämäki ben ik naar Kokkola aan de kust gefietst over weg 28. Het was een zondag en slechts een enkele auto verbrak de stilte. Kort na mijn aankomst in Evijärvi duwde de beheerster van de camping haar bootje het meer op om naar huis te gaan.

– Ben ik hier alleen vannacht?

– Ja. Als u wilt roeien, gaat uw gang. Goeden avond.

Ze startte de motor en verdween langzaam uit het zicht. De stilte keerde terug en het spoor in het water wiste zichzelf uit. Ik ben het meer op gegaan waarin zich de rood-oranje lucht weerspiegelde en ik voelde me het middelpunt van een typisch Fins plaatje. Achter een rietkraag galmden kraanvogels. Een kwartier later vlogen ze op. Silhouetten naar het zuiden, de winter komt.

 

Toetje

De kuststreken zijn wat aan de saaie kant. Veel hooilanden met van die witte bollen, die de plaats hebben ingenomen van de hooioppertjes op stokken die het land zo impressionistsich sierden. Ik nam niet de drukkere kustweg naar Vaasa, maar weg 63 verder landinwaarts over Kaustinen, Lapua, Seinäjoki en Kauhajoki naar de havenstad Pori. Ten zuiden daarvan ligt het schilderachtige plaatsje Rauma dat op de werelderfgoedlijst van de Unesco staat.

Ik wilde mijn vakantie afsluiten met een toetje, een bezoek aan de Aland-archipel tussen Zweden en Finland. Dus fietste ik verder langs de kust over Uusikaupunki naar Osnäs (bij Kustavi) om nu eens binnendoor over te steken en niet met de grote boot van Turku naar Mariehamn.

 

Hoppen

De provincie Aland telt 5767 eilanden, maar door de aanleg van dammen en bruggen zijn steeds meer eilanden aan elkaar geknoopt. Je kunt met gebruikmaking van de veerponten (gratis voor fietsers) door de hele archipel heen ‘hoppen’. De zee is telkens verrassend nabij. Ik overnachtte op Brändö en nam de volgende dag de pont naar Vardö, dat met een brug met het hoofdeiland verbonden is. Dat eiland, met de hoofdstad Mariehamn, vormt een fietsparadijs. Je kunt toertochten maken door bossen en velden, waarin van de mooie Zweedse kerkjes staan. Bij het kerkje van Eckerö staat een oude mijlpaal uit 1871, die diende voor de markering van de postweg die tussen de 17e en 19e

 

eeuw van Stockholm naar Turku liep. Na de overgang van Finland van het Zweedse naar het Russische rijk (1809) werd die postweg verlengd naar St.Petersburg. Hij is toeristisch weer tot leven gewekt met kaarten, boekjes en wegwijzers, enkele in de stijl van de Russische tijd. Een fietstocht wordt hier tot cultuurtocht, voorwaar een goede combinatie.

Van Eckerö nam ik de boot naar het Zweedse Grisslehamn. Daar aangekomen kon ik mijn horloge een uur terug zetten en dat maakte het mogelijk om na 110 km de laatste dagvlucht Stockholm – Amsterdam te nemen. Na twee maanden fietsen in twee uur thuis. Het vliegtuig als tijdmachine.

 

(Het bovenstaande verscheen eerder in het tijdschrift De Wereldfietser, nr.1 voorjaar 2006, en staat uitvoeriger beschreven in het boekje ‘De Sleutel van Tsjechov’. Zie de recensie op deze site.)

  

Tags:

Nog geen commentaren »

Nog geen commentaren.

RSS feed voor commentaren op dit bericht. TrackBack URL

Geef commentaar

Je moet aangelogd zijn om commentaar te plaatsen.