Pagina's

Rubrieken

Archief

Diversen

Ciclista en Patagonia (03)

Door Jan: 01/12/08

Kleine oorzaak, lastige gevolgen. In een restaurant op de hoek van de Plaza in Bahia Blanca raak ik een vulling kwijt. Volgens mijn tong heb ik een gat met de afmetingen van een bouwput, maar in mijn hand ligt een metalen korreltje. Geen pijn, eerst maar eens even aanzien. Na twee dagen fietsen ben ik in Viedma. Conclusie: toch maar laten behandelen. Stel dat ik een kaakontsteking krijg, ben ik nog verder van huis.

Taalprobleem. Dentista gaat nog wel, maar vulling? Een wat Engels sprekende gast in mijn hotel helpt. Om 20.00 uur zal een tandarts, de buurman, mij opwachten bij zijn voordeur. Maar het is al 21.00 uur! Nee, hier in de provincie Rio Negro is het een uur vroeger dan in Buenos Aires. Ik haast me naar mijn kamer om de bierlucht weg te poetsen en even later krijg ik een ferme handdruk van odontologo Andres A. Battistuzzi. Hij had een operazanger kunnen zijn en is van Florentijnse afkomst. Achter het wachtkamertje is een ruimte die lijkt op een schuurtje waarvan de bakstenen wanden zijn wit geverfd. Het geheel maakt een sleetse indruk. Aan de muur zijn diploma van de universiteit Buenos Aires, de dato 13 maart 1975. Hij wil al gauw overgaan tot trekken (extracción), maar dat wil ik niet. Vullen die hap. En zo gebeurde. Hij werkte weinig met een spiegeltje, maar pompte mijn stoel heel hoog op, zodat hij van onderen naar mijn kies kon kijken, als een monteur die onder de brug een uitlaat controleert. Ik vond het nogal komisch dat hij bij het aanplempen van de vulling een soort hamertjetik toepaste en zo nu en dan (ontspannen!) met mijn onderkaak tegen de bovenkaak klepperde. Ondertussen belde ook nog zijn vrouw die wilde weten wanneer hij thuiskwam. “Cinco minutas!” Volgende morgen nog even terugkomen voor polijsten. Alles bij elkaar 380 pesos (85 euro). Nog wat napratend liet ik hem “In Patagonië” van Bruce Chatwin zien. Met het kaartje op de omslag was hij het heftig niet eens. Patagonia begint bij de Rio Colorado en niet pas bij de Rio Negro! Mij maakt het niet uit, als ik er maar kom en dat ben ik nu: Ciclista en Patagonia.

Mijn kies bezorgde me een extra rustdag. ’s Morgens heb ik een uurtje gezeten in het provinciale ziekenhuis om mij onder het volk te mengen. Wat mij opviel: veel overgewicht vooral bij jonge vrouwen, moeders die eigenlijk nog meisjes zijn en veel indianen, zodat ik me een beetje gringo ging voelen. ’s Middags gefietst naar Carmen de Patagones aan de noordkant van de Rio Negro. Een suffig stadje op een heuvel met mooie uitzichten over de rivier en Viedma.

De volgende dag (27/11) was heet. Ik hield er rekening mee dat ik San Antonio Oeste niet in één dag zou halen. Aan water en frisdranken had ik bijna 5 liter in tassen en onder snelbinders. De wind was zwak en matig gunstig. Na 127 km hield ik het voor gezien en zette mijn tentje op achter een heuveltje en tussen struiken. Prachtige zonsondergang en later de verstilde sterrenhemel met Orion en Zuiderkruis. Aan de westelijke hemel twee oplichtende plekken: San Antonio en Las Grutas, beide op 60 km afstand! Het was lang heet in mijn tentje; pas na middernacht kwam wat afkoeling. Ik had last van een droge mond en dronk veel. Soms voelde ik wat kriebelen…

Eerder die dag had ik wat over het wegdek zien lopen. Een spin en niet zo’n kleintje ook! Echt een fobiebeest met een harig lijf. Hij kriskraste wat over het asfalt en klopte af en toe met een poot alsof hij aan het tapdancen was. Verderop zag ik er weer eentje en weer later een derde geplet door verkeer. Dus toen ik ’s nachts wat gekriebel voelde… Het waren onschuldige vliegjes. Ik had die nacht ook een adres: Ruta 3/ 1085 km.

Met enige opluchting begroette ik de roze vingeren van de dageraad en kort na zonsopgang zat ik alweer op de fiets, maar met een probleem. Ik had nog maar één flesje water voor wat ik schatte 50 tot 70 km. Mijn köstliches Wasser uit de Mattheus. Dat fietst niet lekker. Ik stak het flesje omhoog bij een naderende auto. Geen reactie. Nog een keer. Een auto met planten en struiken in de laadbak. Alleen getoeter. Je zou toch denken dat iemand die weet dat je plantjes water moet geven… Vrachtwagenchauffeurs die zo vaak naar mij zwaaien en met hun lichten knipperen, die moet ik hebben. Hun inlevingsvermogen reikt verder dan hun voorruit. Daar kwam er al eentje. Fles omhoog en verdomd de combinatie stopt in de berm. Ik er achteraan. Verhip! Een Duits kenteken. Vooraan allemaal mensen uit de ramen. Das Rollende Hotel, met van die claustrofobische slaapcabines in de aanhanger. De reisleider kwam al gauw om de wagen heen naar me toe en overhandigde mij een fles mineraalwater. Heerlijk. Ze hadden haast. De groep moest naar Buenos Aires waar alweer een nieuwe zou wachten voor Vuurland. Veel gezwaai en “gute Reise!”.

Zo kwam het dat ik al ’s morgens om tien uur in een hotelkamer van San Antonio Oeste zat aan een kruispunt van wegen met pompstations en restaurants. Babyprogramma: slapen, eten en drinken.

Ik fiets nu al enkele dagen door woestijnachtig landschap met vergezichten en vederwolken erboven. Het weerbericht in de krant heeft het telkens over “vientos moderatos” uit het noordoosten. Dat schiet lekker op. In twee dagen 280 km. Nu ben ik in Puerto Madryn aan de kust, een toeristische uitvalsbasis voor het kijken naar walvissen en andere grote zeezoogdieren bij het schiereiland Valdéz. Daar in de buurt is een eilandje waarvan gezegd wordt dat de vorm Antoine de Saint-Exupéry heeft geïnspireerd tot het verhaal in Le Petit Prince over een boa constrictor die een olifant slikte en de vorm kreeg van een hoed. Antoine heeft enkele Patagonische jaren. Van 1929 tot 1931 vloog hij voor de Argentijnse posterijen.

Jan Postema

Puerto Madryn, provincie Chubut, Argentinië

1 december 2008

https://www.fietsenmetjan.nl

Tags:

Nog geen commentaren »

Nog geen commentaren.

RSS feed voor commentaren op dit bericht. TrackBack URL

Geef commentaar

Je moet aangelogd zijn om commentaar te plaatsen.